De doorstroomtoets geeft geen goed beeld van wat onze kinderen daadwerkelijk hebben geleerd en wat zij in de toekomst kunnen bereiken. De doorstroomtoets is ongeschikt om een groot onderdeel te zijn bij de advisering van het niveau van onze kinderen voor het voortgezet onderwijs.
ouders van kinderen in de basisschoolleeftijd, leerkrachten PO en leraren VO, onderwijskundigen, wetenschappers en anderen die zich betrokken voelen bij het Nederlandse onderwijs
alle kinderen in Nederland verplicht zijn om in groep 8 van de basisschool de doorstroomtoets te maken.
kinderen in de leeftijd van 11/12 jaar zich tussen de 20 en 30 minuten kunnen concentreren. Kinderen moeten de toets in twee delen maken, waar ze gemiddeld drie uur over doen. Wij denken dat deze toets geen betrouwbaar resultaat oplevert.
de doorstroomtoets veel te belangrijk wordt gemaakt. Dit kan leiden tot onnodige stress bij onze jonge kinderen.
basisscholen onze kinderen een brede ontwikkeling aanbieden in een veilige en vertrouwde omgeving waarin elk kind zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt en waarin het zich op hun eigen niveau mag ontwikkelen. Leerkrachten staan in teamverband acht jaar lang, vijf dagen in de week voor onze kinderen klaar en hebben goed inzicht in hun capaciteiten.
de doorstroomtoets onze kinderen indeelt op schoolniveaus in het voortgezet onderwijs op het gebied van rekenen, begrijpend lezen en spelling. Vaardigheden als redeneren, spreken, schrijven en sociale vaardigheden en werkhouding kunnen niet gemeten geworden door de toets. Maar ze zijn voor de kinderen, hun middelbare schoolkeuze - en voor hun functioneren in de maatschappij - wel heel belangrijk.
scholen verplicht zijn om het advies naar boven bij te stellen wanneer kinderen hoger scoren op de toets dan het advies van de school. Dit zou de kansgelijkheid creƫren, maar vergroot in de praktijk juist de ongelijkheid, nu ouders hun kinderen voor veel geld laten trainen voor de toets. In het voortgezet onderwijs kunnen deze kinderen hierdoor problemen krijgen, zoals afstromen naar een lager niveau, schooluitval en een slecht zelfbeeld.
om aanpassing van de wet- en regelgeving zodat geen enkel kind de doorstroomtoets in de toekomst hoeft te maken als de ouders dat niet willen.